Aangekomen in de regen. Harde wind en flinke golven weerhouden mij om die kano te huren. Lopen dan maar. Op zoek naar een plek voor m'n onderkomen. In een dicht bosje vind ik die. Ik span m'n tarp en maak een bed van blad en riet. Daarna de berkentap in orde gemaakt want ik heb maar één bidon water mee. Ik drink daarnaast gekookt water uit de sloot dat erg brak blijkt te zijn. Verdund, en met meegekookte takjes van sitkaspar is het best te drinken.
Het gaat steeds harder regenen en ik krijg het koud. Als het weer droog wordt is het tijd voor een verkenningstocht om m'n kamp. En even opwarmen. Onderweg vind ik een rolletje dextro. Een lekkere vondst. Zwerfvuil gaat ook mee. Dat staat toch niet? Na twee dagen heb ik twee plastic zakken vol met troep verzameld. Bij toren no. 2 staat een vuilnisbak waar het in kan.
De volgende dag is het droog. Ik sta vroeg op om wild te kijken en om het terrein verder te verkennen. Na een tijdje hoor ik een voertuig en duik de bosjes in. Dat zal de toezichthouder zijn. Ik heb geen trek in een gesprek. Beter dat ze me nu nog niet zien want ik weet het al: "waar kom jij zo vroeg vandaan?" Ze hebben hier gelukkig luidruchtige jeeps die je van verre al hoort aankomen.
Ik zie veel groepen reeën in het veld. Ik tel drie groepen. Mooi om hun gedrag in groepsverband te zien. Zeven stuks staan dicht bij en ik kan ze goed zien van achter een heuveltje. Eén bok heeft al aardig gewei opgezet en gebruikt zijn machtspositie in de groep. Eén geit zet haar spiegel op want ze hoort mij praten met E., die mij komt vergezellen. De haren gaan weer plat als we onze klep houden.
Ik besluit om naar zee te gaan. De kwelders zien. Maar m'n timing is slecht, het is bijna hoogwater. M'n plan om een vis te vangen met een lijntje op de bodem valt in duigen. En het is verrekte koud! Noordenwind recht van zee. Ik doe m'n windjack over m'n wollen jas. En ik voel me niet goed uitgerust na zo'n nacht met alleen lichte slaap.
Onderweg zie ik een kiekendief die een haas te pakken heeft!
Onderweg zie ik een kiekendief die een haas te pakken heeft!
's Avonds weinig gegeten. Voel me niet echt lekker. De low tech zelfbouw brander van twee in elkaar genutselde conservenblikken is geen succes. Steeds maar houtjes erin donderen en dan vooral rook maar weinig vuur. Ik moet een nieuwe variant bedenken.
Na een wandeling gaan we om negen uur onder zeil. Ik onder m'n tarp en E. in haar hyper lichtgewicht tentje. Het wordt een koude nacht. De wind is gaan liggen en het is helder. Ik lig er met kleren en al in. Ik pas net in de bivakzak met m'n dikke wollen jas in m'n wollen slaapzak. Ik slaap niet super. Ik heb het koud. Later hoor ik E. rommelen. Ze vertelt me de volgende morgen dat ze haar folie reddingsdeken om heeft gedaan voor meer warmte en dat 's morgens de condens erop bevroren was.
Bij het eerste licht spring ik m'n nest uit voor een wandeling. Het is mooi helder weer! Het is een fijn tijdstip. Alles komt op gang. Het licht is mooi en er zijn veel dieren actief. Ik zie een roofvogel op een tak zitten. Even later vliegt de havik stilletjes weg. E. komt aangelopen. Ze gaat water halen en is even weg. Ik ruim m'n kamp netjes op en drink het berkensap. Lekker koel, zuiver water. Ongeveer driekwart liter in twee dagen.
In de middag is het tijd om te gaan. Het waren een paar heerlijke dagen. Maar ik moet eens terug komen om die vis te vangen op het wad.
In de middag is het tijd om te gaan. Het waren een paar heerlijke dagen. Maar ik moet eens terug komen om die vis te vangen op het wad.