Wat ik nodig heb is dichtbij. Drinkwater haal ik uit plassen. Wel eerst koken!!! Ik doe dit in mijn DIY bushcooker van conservenblikken (zie ander artikel in dit blog: maak een brander van conservenblikken). Ik stook met takhout dat maximaal pink dik is. Ik breek de onderste afgestorven takken af van bomen voor zover ik er bij kan. Deze zijn gedroogd door de wind. Brandhout rapen van de grond is not done, want dit is altijd vochtig in dit jaargetijde met bijgevolg een niet gewenste rokerige stooksessie.
Voor m'n groente ga ik verder weg. Tijdens het struinen door bos en veld pluk ik brandneteltoppen en daslook, een zeldzame soort. Er staat genoeg om een stuk of acht blaadjes van te oogsten, genoeg om mijn avondeten mee te kruiden. Gevoelsmatig weet ik dat deze hoeveelheid geen negatief effect heeft op het voortbestaan van de populatie, want ik volg deze al een jaar of drie en zie de omvang alleen maar toenemen.
Op dag één eet ik rijst-pompoensoep (met een zakje cup a soup als basis) en op dag twee pittige linzensoep. Ik maak steeds meer dan ik nodig heb voor m'n avondeten. De left over is het ontbijt voor morgen.
Voor de rest: veel struinen en de zintuigen openen!
Minimalistisch en praktisch. Slapen en koken. Ik vind het Prachtig! |
Brandhout wordt kooltje en kooltje wordt as. Als het afgekoeld is strooi ik het op de grond en veeg het in de humuslaag. Niemand vindt er iets van terug. Leave no trace. |
Water uit plassen wordt drinkbaar na koken. Dit is geen rook maar waterdamp. |
Een dode meerkoet. Er zit nauwelijks vlees op de borstkas. |
Een kerkuil vliegt weg uit de hoogzit van een jager als ik het laddertje beklim. De uil laat een braakbal voor mij achter. Kenmerkend is de zwarte kleur en het glimmende laagje. |
Een Ferrari rode drol. Als je goed kijkt zie je dat er gegeten is van rozenbottel. Maar van welk dier is dit? |
Groeten uit het bos! |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten